Welke specialisaties kies je voor jouw fysiotherapiepraktijk?

Twee praktijkeigenaren over de keuzes die ze maakten.

Een fysiotherapiepraktijk biedt bijna altijd meerdere specialisaties aan. De ‘grote’ specialisaties, waarmee therapeuten in het register staan, vormen de basis. De ‘kleine’ specialisaties zijn alle andere aanvullingen of uitbreidingen, zoals medical taping, dry needling of fysische therapie zoals shockwave en TECAR.

Als je een praktijk wilt starten of uitbreiden, kunnen de vele mogelijkheden overweldigend zijn. Want voor welke specialisaties kies je nu? En is dat volledig afhankelijk van jouw eigen voorkeur of hangt dat ook af van externe factoren?

We spraken met Bert van Kinekabinet Vrijders in België en met Imke van een Nederlandse maatschap, twee geroutineerde praktijkeigenaren, over hun aanpak. Welke specialisaties kozen ze en waarom, wat hadden ze achteraf gezien graag anders gedaan en welke tips hebben ze voor jou als startend of uitbreidend praktijkhouder.

Welke specialisaties zijn er in jouw praktijk?

Bert: “Als grote specialisaties bieden we manuele therapie en oedeemtherapie aan. Verder kunnen patiënten bij ons terecht voor bewegingsadvies, myofasciale therapie, dry needling, shockwave, medische trainingstherapie, TECAR-therapie, Bobath en andere specifieke neurologische rehabilitatietechnieken, vestibulaire revalidatietherapie, doorvoeld bewegen, fasciatherapie, hydrotherapie en taping- en bandagetechnieken.”

Imke: “Onze verbijzonderingen in de praktijk zijn manuele therapie, kinder(bekken)fysiotherapie en oedeemfysiotherapie. Daarnaast hebben wij ook een hoop kleinere specialisaties, namelijk dry needling, medical taping, echografie, Mulligan Concept, plagiocephalometrie, aanmeten steunkousen, shockwave, ultrageluid, 4xT methode, beweegprogramma’s voor COPD- en claudicatiopatiënten, fysiofitness, (zwangerschaps)pilates en fitkids.”

Heb je deze specialisaties bewust gekozen?

Imke: “Ik heb samen met een andere therapeut een bestaande praktijk voor manuele therapie overgenomen. Daar is oedeemfysiotherapie bijgekomen, omdat er veel vraag naar was. Door de specialisatie van mijn partner is er ook kinderfysiotherapie bijgekomen. Alle kleinere uitbreidingen die daarop volgden, sloten aan bij wat we al in huis hadden. Die samenhang vinden we heel belangrijk.”

Bert: “Omdat ik niet tevreden was over het slagingspercentage van mijn klinisch handelen, heb ik gaandeweg bewust gekozen voor belangrijke bijscholingen en zelfeducatie. Bepaalde technieken had ik, achteraf gezien, liever eerder in mijn loopbaan beheerst. Een voorbeeld hiervan is myofasciale therapie. Bij de diagnosestelling van musculoskeletale problemen wordt hiermee vaak geen rekening gehouden, terwijl het wel veel van de klachten van de patiënt kan verklaren.”

Welke fysische therapie bied je aan en waarom?

Bert: “Ik bied shockwave-, TECAR-, elektro- en cryotherapie aan. Soms maken we in de behandeling alleen gebruik van oefentherapie, maar bij bepaalde aandoeningen is fysische therapie nodig omdat de hierdoor opgewekte weefseleffecten de aandoening kunnen verbeteren. Op deze manier kan verantwoord de belasting worden opgevoerd.”

Imke: “We maken gebruik van ultrageluid, shockwave en diagnostische echografie. Ultrageluid gebruiken we niet als therapie op zich, alleen als ondersteuning binnen andere behandelingen. Shockwave zetten we als opzichzelfstaande behandeling in en hier hebben we ook goede resultaten mee. Echografie is een goede aanvulling op het stukje diagnostiek en daarmee op onze behandeling.”

ONTDEK FYSISCHE THERAPIE PRODUCTEN

Welke specialisatie zou je nog willen?

Bert: “Ik zou de oefentherapie graag verder willen verfijnen, bijvoorbeeld met blood-flow restriction (BFR) en flywheel training. Beide benaderingen hebben een goede wetenschappelijke grond. Ik heb er al mee geëxperimenteerd bij sporters en vanwege de goede resultaten zou ik er graag meer over leren, zodat we het ook kunnen gaan toepassen bij andere patiëntengroepen. Bij de BFR vind ik het een mooi idee dat daarbij ook verzwakte mensen aan goede krachtopbouw kunnen doen dankzij het kleinere aantal herhalingen en de minder intensieve inspanning.”

Imke: “Bekkenfysiotherapie is een mooie aanvulling vanwege de aansluiting bij de oedeemfysiotherapie, kinderfysiotherapie en bij onze ouderendoelgroep i.v.m. incontinentieklachten. Handtherapie zou ook geschikt zijn voor onze praktijk, omdat daar regelmatig vraag naar is. Ook een oncologie- en psychosomatisch therapeut zouden goed in ons team passen. Fasciatherapie en negatieve druktherapie vormen dan weer een mooie aanvulling op de littekentherapie. Tot slot kan een samenwerking met een orofaciaal therapeut interessant zijn vanwege de mondhygiëniste in ons multidisciplinaire team, al sluit dit minder goed aan bij onze eigen praktijk. Een hele stapel wensen dus, waarvan de bekkenfysiotherapie de hoogste prioriteit heeft.”

MEER WETEN OVER MYO FEEDBACK IN BEKKENFYSIOTHERAPIE

Welke specialisatie die je in huis hebt, zou je aanbevelen aan collega-praktijkeigenaren?

Imke: “Manuele therapie is een belangrijk onderdeel binnen de fysiotherapie, daar kun je als praktijk in de huidige maatschappij eigenlijk niet meer zonder. Andere verbijzonderingen hangen af vanwaar je affiniteit ligt. Als je bijvoorbeeld oedeem- of kinderfysiotherapie interessant vindt, is dat een mooie aanvulling, maar je doelgroep verandert dan ook enorm. Verder vind ik ook zaken als dry needling, littekentherapie, Mulligan Concept en zenuwrektechnieken goede aanvullingen. Kleine dingen die net wat meer verdieping geven, en dat kan veel richtingen opgaan. Mijn tip: probeer je te verdiepen en niet in de basis te blijven hangen.”

TIP IMKE: “Probeer te verdiepen en niet in de basis te blijven hangen.”

Bert: “Ik beveel absoluut shockwave aan, omdat dat je visie op veel musculoskeletale klachten verandert. Shockwave in combinatie met myofasciale technieken en manuele therapie is bij ons een groot succes.”

LEES MEER OVER SHOCKWAVE THERAPIE

Speelt de locatie van je praktijk een rol bij je keuzes voor specialisaties? Zijn er bijvoorbeeld specialisaties die je vanwege de locatie juist wel of niet in huis hebt?

Bert: “Mijn praktijk ligt in een dorp en dat bepaalt zeker mijn keuzes voor specialisaties. Zo heb ik geen orofasciaal fysiotherapeut in huis. Deze specialisatie past volgens mij door het ruimere patiëntenaanbod beter in een grotere stad. Ook het verdere aanbod in de regio speelt een rol. Zo zit er een longarts in het dorp die regelmatig patiënten doorstuurt voor ademhalingstherapie. Dit is absoluut een belangrijke specialisatie om in huis te hebben, zeker door de toename van patiënten met longziektes. Verder heb ik geen kinderfysiotherapie in huis, omdat meerdere praktijken in de buurt dit al aanbieden. Dit laatste speelt ook een rol bij de bekkenfysiotherapie, maar omdat het aantal praktijken dat bekkenfysiotherapie aanbiedt nog meevalt, valt deze specialisatie nog te overwegen.”

Imke: “Onze locatie vlak bij een centrum speelt voor ons eigenlijk geen rol, alle leeftijdsgroepen zijn in onze praktijk ongeveer gelijk vertegenwoordigd. De concurrentie in de buurt is daarentegen wel belangrijk bij onze keuzes. Zo hebben we bijvoorbeeld enkele goede sportfysiotherapeuten in de buurt zitten. Nu past sportfysiotherapie sowieso niet bij onze doelgroep en bij wie we zijn, maar al zou dat wel het geval zijn, dan zou het vanwege de concurrentie in de buurt niet verstandig zijn hiermee uit te breiden.”

Als je met de kennis van nu je praktijk van toen zou starten, wat zou je dan anders doen?

Bert: “Indertijd ben ik onmiddellijk gestart als zelfstandige, maar het zou beter zijn geweest als ik rustig enkele jaartjes gerijpt had onder supervisie van een ervaren therapeut.”

Imke: “We zijn begonnen met een basis van drie therapeuten en hebben de praktijk vervolgens rustig uitgebreid. Soms hebben we risico’s genomen die goed hebben uitgepakt, soms hebben we misschien een kans gemist zoals het aannemen van een nieuwe collega of uitbreiding met een bepaalde specialisatie. Maar al met al ben ik tevreden met onze aanpak.”

Heb je verder nog tips voor beginnende praktijkeigenaren?

Bert: “Bedenk eerst voor jezelf: waar wil ik me vestigen, wie woont er in de buurt en welke specialisaties zijn er al te vinden in de buurt? De locatie en een goede toegankelijkheid van de praktijk zijn ook noodzakelijk. Zorg daarnaast voor een gepaste en uitnodigende aankleding van de behandelruimtes en de ontvangstruimte, je krijgt geen tweede kans voor een eerste indruk. Niet alleen de kleurkeuze en receptie zijn van belang, maar bijvoorbeeld ook de manier waarop je de telefoon opneemt. Privacy is cruciaal, zorg dat de behandelruimtes zo ontworpen zijn dat patiënten in vertrouwen iets tegen je kunnen zeggen. Verder helpt het voor je patiëntenbestand om je als fysiotherapeut te verbinden aan een sportclub of sociale vereniging. En dan last but not least: investeer in goed ergonomisch materiaal, want je moet er dagelijks mee werken.”

TIP BERT: “Zorg voor goed ergonomisch materiaal, want je moet er dagelijks mee werken.”

Imke: “Zorg dat je goed bent in wat je doet en wil niet alles tegelijk. Kies specialisaties waar je echt achter staat, waar je hart ligt. Kijk vanuit daar naar wat je mist en hoe je het aan wilt vullen. Hoe dichter je bij jezelf blijft, hoe sterker je staat. Dat maakt je een goede behandelaar en praktijkeigenaar.”

Leer van de ervaring van je voorgangers

Hopelijk ben je na het lezen van de ervaringen en voortreffelijke tips van Bert en Imke geïnspireerd geraakt. Weet je nu welke vervolgstappen je wilt zetten? Zit je toch nog met onzekerheden of vragen, zorg dan dat je in gesprek gaat met ervaren praktijkeigenaren en maak gebruik van hun expertise, want de kans is groot dat ze nog andere tips voor je hebben. Heb je specifieke vragen over het nut en de toepassing van fysische therapie, zoals: elektrotherapie, shockwave, elektrolyse, TECAR- of cryotherapie, neem dan vrijblijvend contact met ons op.

NEEM CONTACT OP